Het gemeentebestuur van Denderleeuw is erin geslaagd om de verdwijning van de maandelijkse zitdagen van het Huis van het Nederlands in het gemeentehuis af te wenden. Het Agentschap voor Inburgering en Integratie had plannen om het loket in Denderleeuw te sluiten, zodat inwoners zich in de toekomst tot het loket in Aalst of Ninove zouden moeten wenden. Gezien de grote instroom van anderstaligen en de verschillende taalinitiatieven die genomen worden, zou de sluiting een gemiste kans zijn. Een tijdje geleden gaf het Agentschap Integratie en Inburgering te kennen de loketfunctie in Denderleeuw te willen sluiten. Dit wil zeggen dat de maandelijkse zitdagen van het Huis van het Nederlands zouden verdwijnen. “Onze gemeente kent een grote instroom van mensen met een vreemde origine die het Nederlands niet volledig machtig zijn. Het sluiten van de loketfunctie van het Huis van het Nederlands in Denderleeuw zou daarom een volledig verkeerd signaal zijn. Tijdens een overleg met de regionaal directeur van het Agentschap Integratie en Inburgering hebben we ons standpunt kenbaar gemaakt en hebben we de sluiting kunnen afwenden. Wel bekijken we de mogelijkheid om op afspraak te werken in plaats van vrije inloop. Zo kunnen de verschillende taalconsulenten efficiënter ingezet worden”, vertelt schepen Jürgen Ruysseveldt.
“De gemeente wil de komende jaren ook sterker inzetten op taalpromotie en taalactivering”, vervolgt schepen Ruysseveldt. “We willen een taalbeleid uitwerken als één van de ankerpunten in de inclusieve aanpak in ons doelgroepenbeleid. Op dit moment zijn er goede contacten met Leerpunt, het Centrum voor Basiseducatie, in het kader van het aanbod ‘School en Ouder’. Dit laatste is een project om de ouderbetrokkenheid op scholen te vergroten. Ook worden er NT2 lessen voorzien via CVO Aalst op verschillende niveaus en op verschillende startmomenten doorheen het jaar.“
“Nederlands leren helpt anderstalige inwoners te integreren in onze gemeente en een aantal zaken gaan dan ook veel vlotter: eens naar de winkel gaan, deelnemen aan een culturele activiteit, een praatje slaan met de buren, enzovoort. Daarom willen we inwoners niet alleen op een actieve manier aanzetten om taallessen te volgen. Ook oefenkansen zijn natuurlijk belangrijk. Wie lessen volgt, moet regelmatig in de praktijk kunnen oefenen”, gaat schepen Alberic Sergooris verder. ”Hiervoor werkten we reeds initiatieven uit zoals Babbelonië en de Praatcafés. Ook onze deelname aan de Week van de anderstalige klant, waar verschillende lokale handelaren aan meewerkten, kadert hier in.”
