Ian Kimpe droomt ervan om dit seizoen een kampioenstrui te kunnen dragen…

Klein maar fijn, maar een absoluut vechtertje op de fiets, zo kunnen we Ian Kimpe (15) uit Wanzele, deelgemeente van Lede omschrijven waarmee we deze week voor onze rubriek ‘Streekrenners in de praatstoel’ een praatje hadden. Met zijn strijdlust wil Ian dit seizoen zowel op de baan als op de weg prijzen pakken, maar vooral te kunnen schitteren in één of andere kampioenstrui. Reden genoeg om langs te gaan en hem aan het woord te laten. Waarom en hoe ben je begonnen met koersen en waarom de voorkeur voor het wielrennen? En deed je voor het wielrennen aan een andere sport? Mijn liefde voor het wielrennen begon al op jonge leeftijd, toen ik slechts drie jaar oud was. Ik herinner me nog goed dat ik samen met mijn ouders naar een tijdrit in Grenoble ging, en die ervaring fascineerde me enorm. Tom Boonen was toen al mijn idool en dat is nog steeds, omdat ik hem beschouw als de meest complete renner. In dat jaar vond ik in het boekje van Sint-Maarten een kinderkoersfiets, en zo begon mijn avontuur in de wielersport. Toen ik zeven werd kreeg ik mijn eerste echte koersfiets, een Trek vergelijkbaar met die van Tom Boonen bij U.S. Postal. Deze fiets koester ik nog steeds en zal ik nooit wegdoen. Mijn wielercarrière begon serieus te worden toen ik me aansloot bij het Avia Rudyco Cycling Team in Hamme. Tot mijn twaalfde jaar combineerde ik mijn wielrennen nog met Ju Jitsu en atletiek, even later besloot ik me volledig te concentreren op het wielrennen.

Je begon als miniem met wielrennen. Wat heb je daar bereikt, en wat zijn enkele van je meest opmerkelijke prestaties bij de aspiranten? Bij het Avia Rudyco Cycling Team ligt de focus sterk op de opleiding. Als jonge renner kreeg ik de kans om mijn vaardigheden te ontwikkelen op basis van mijn eigen mogelijkheden. We trainen altijd in groepen, gedifferentieerd op basis van ervaringsniveau. Hier lag de nadruk vooral op het verwerven van technische vaardigheden, zowel op als naast de fiets, wat cruciaal is voor jonge renners. Bij de ploeg ligt de prioriteit op het ontwikkelen van jezelf als renner, eerder dan op het behalen van resultaten. Als renners waren we eigenlijk nooit bezig met wie er won of waar we eindigden ten opzichte van anderen.  De ploeg organiseerde verschillende leerrijke uitstappen voor de jeugd, zoals een bezoek aan de Mini Paris-Roubaix. De ervaring om op dezelfde piste aan te komen als de profs en mijn grote idool was gewoonweg kippenvel. De eerste keer in Roubaix was ik zelfs de eerste Belg, iets om stiekem trots op te zijn. Jaarlijks neem ik deel aan het opleidingsweekend op de wielerbaan in Apeldoorn, waar ik mijn technische vaardigheden op de wielerbaan blijf verbeteren. Als ik enkele specifieke herinneringen aan mijn resultaten mag delen, dan zijn er de overwinningen in Schellebelle en Wetteren, waarbij ik me echt trots voelde met de steun van vrienden en familie. Ook behaalde ik een derde plaats op het provinciaal kampioenschap op de piste in mijn laatste jaar als aspirant. Tot vorig jaar had ik fysiek gezien niet echt een groeispurt doorgemaakt, maar toch streed ik telkens mee voorin en behaalde ik verschillende top tien plaatsen. Gelukkig is de groei nu ook gekomen, wat me hopelijk de kans geeft om nu ook qua kracht mee te doen met renners van mijn leeftijd.

Hoe ging je eerste jaar als nieuweling en hoe ging het met je prestaties dit seizoen? Mijn eerste jaar als nieuweling was best wel een avontuur, met de nodige ups en downs. Ik heb enkele keren pech gehad tijdens het seizoen, maar ach, je krabbelt weer op en gaat gewoon door. Een koers stopt pas echt als je de finish bereikt, toch? Eén van de hoogtepunten voor mij dit seizoen was het Vlaams kampioenschap, waar ik achtste werd. Ik heb vaak hoge verwachtingen van mezelf, en als ik er nu op terugkijk, ben ik eigenlijk best wel trots op wat ik heb bereikt. Ik deed het ook goed in klimkoersen, en dat smaakt naar meer voor volgend seizoen. Een super leuke ervaring was de Tour de la Basse Meuse, waar ik negentiende werd in de eerste etappe. Jammer genoeg kon ik de tweede etappe niet afmaken vanwege pech met mijn materiaal. Maar ik voelde dat mijn benen in orde waren, en in zo’n internationaal deelnemersveld moet echt alles meezitten om te winnen.

Wat denk je dat volgend jaar gaat brengen als tweedejaars nieuweling en wat zijn je plannen voor 2024? Enkele weken geleden heb ik mijn benen getest in Apeldoorn tijdens het opleidingsweekend, en het ging best goed. Ik wist bijna alle onderdelen te winnen in de wedstrijden daar. Ik genoot dan van een korte rustperiode en ondertussen ging het pisteseizoen opnieuw van start. Ik kijk vooral uit naar deze winter en de kampioenschappen waar ik hoop te kunnen schitteren. Sinds dit schooljaar ga ik naar de Topsportschool in Gent, waar ik tijdens schooltijd me volledig op het wielrennen kan richten. Mijn belangrijkste doel komend seizoen zijn de kampioenschappen. Het is mijn grote droom om een kampioenstrui te winnen. Voor de rest van het seizoen hoop ik dat ik de kans krijg om deel te nemen aan de Ronde van Vlaanderen, want dat is echt speciaal. Ook wil ik graag meedoen in enkele grote koersen in de Beker van België en de topcompetitie waar ik me zeker wil laten zien.

Ben je momenteel aangesloten bij Avia Rudyco Cycling Team? Blijf je daar ook volgend jaar? Absoluut, ik ben al die tijd bij Avia Rudyco Cycling Team geweest. Het is mijn wielerschool, en ik ken eigenlijk niets anders. Als je je ergens goed voelt en het is een fijne plek, waarom zou je dan veranderen? Wat dit jaar nog specialer maakt, is dat enkele renners die al meedraaien als miniem en nu tweedejaars junioren zijn, ook bij onze ploeg blijven. Het voelt gewoon vertrouwd en als thuis in ons team.

Zijn er mensen die je graag wilt bedanken of noemen? Zeker, ik wil mijn ouders, broer en zus als eerste bedanken. Ze zijn er altijd voor me, elke week opnieuw, en zorgen ervoor dat ik goed voorbereid aan de start van een koers kom. Mijn trainer, Michel Geerinck, speelt een enorme rol in mijn wielercarrière. Hij heeft me gebracht tot waar ik nu ben, en nu op de topsportschool zet ik mijn avontuur voort met mijn nieuwe trainer, Kristof De Baets. Catherine Wernimont verdient ook een speciale vermelding. Ze leert me de fijne kneepjes van het baanwielrennen en staat altijd voor me klaar met advies. Ze is bovendien de beste benen masseur. Tenslotte wil ik ook alle mensen bedanken die vorig jaar op ons jaarlijks eetfestijn aanwezig waren. Ik kijk al uit naar het volgende eetfestijn op zaterdag 2 maart 2024 in de kantine in Serskamp.

 

 

Deel dit bericht via:
Dit bericht is geplaatst in Sport. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Current ye@r *