Gemeente Denderleeuw blijft inzetten op armoedebestrijding…

De armoede in Denderleeuw stijgt niet alleen sterk, maar ook snel. Dat leren ons de cijfers van de 13e Armoedebarometer, waarin de armoedesituatie van de 300 Vlaamse gemeenten werd onderzocht. Gemeente Denderleeuw blijft daarom fors inzetten op armoedebestrijding. De Armoedebarometer bundelt zestien indicatoren die het risico op armoede doen toenemen. Het gaat onder andere over het aantal mensen met een budgetmeter, het aantal mensen die voedselpakketten nodig hebben, langdurig werkloos zijn of een leefloon ontvangen. De armoede in Denderleeuw toont zich vandaag vooral in het hoog aantal budgetmeters, de talrijke betalings-moeilijkheden, het groot aantal inwoners met verhoogde tegemoetkoming en een studietoelage. Deze cijfers liggen ver boven het gemiddelde. Inzake het percentage leefloonuitkeringen of werkzoekenden wijkt Denderleeuw niet af van de rest van Oost-Vlaanderen. Het aantal leefloners schommelt al heel lang rond hetzelfde cijfer, zo’n 110.

“De cijfers van de Armoedebarometer komen natuurlijk hard binnen, maar verrassen niet”, reageert Sofie Renders, schepen van Sociale Zaken. “Daarom zet het gemeentebestuur ook al enkele jaren sterk in op armoedebestrijding en versterkende oplossingen van onderuit. Maar het is een intensieve opdracht van lange adem. Bovendien moeten we de cijfers ook wat nuanceren. Net omdat we er alles aan doen om mensen in armoede te bereiken en te ondersteunen, zien we een toename in de armoedecijfers. Armoede is vaak een verdoken probleem; mensen komen er niet graag voor uit dat ze het moeilijk hebben. Samen met onze vele partners gaan wij actief op zoek naar kwetsbare gezinnen om hen te ondersteunen in het toekennen van hun rechten. Het is ons niet te doen om zo weinig mogelijk budgetmeters of leeflonen toe te kennen, wat beter zou zijn voor onze cijfers, maar wel om de mensen te helpen die het nodig hebben.”

De Armoedebarometer is wel tekenend voor de grote veranderingen die Denderleeuw de voorbije decennia ondergaan heeft. Waar er een tiental jaren geleden nog een sterke, hogere middenklasse woonde in Denderleeuw, kwam er door de sterke bevolkingsgroei een grote groep kwetsbare gezinnen bij, terwijl ook de verarming van de middenklasse zich doorzette. “We kampen onder meer met een verouderd woonpatrimonium”, weet ook burgemeester Jo Fonck. “Huizen die zich soms in slechte staat bevinden, zijn toch betaalbaarder dan in Brussel. De nabijheid van en de goede treinverbinding met onze hoofdstad zorgt dan ook voor een instroom van inwoners uit het Brusselse. Zij verbeteren hun individuele situatie door een eigen woning aan te schaffen en hun kinderen toegang te geven tot kwalitatief Nederlandstalig onderwijs. Maar de armoede in Denderleeuw neemt wel toe. Onze gemeente kan die sterke bevolkingsgroei en toenemende armoede namelijk niet tijdig behappen. Zo hebben we het vereiste aantal sociale woningen in Denderleeuw al behaald – we hebben er zo’n 500 -, toch blijft de wachtlijst even groot. Uiteindelijk beschikken we niet over de faciliteiten en financiële middelen van een centrumstad, ook al worden we met de problemen en uitdagingen van een stedelijke omgeving geconfronteerd. Er is zeker nood aan bovenlokale en structurele maatregelen in de armoedebestrijding.”

Ondertussen blijft het gemeentebestuur zeker niet bij de pakken zitten en wenst het heel wat uitdagingen aan te pakken in de periode 2020-2025. Met een goed omkaderde OCMW-werking, een versterkt breed onthaal, een Huis van het Kind als lokaal aanspreekpunt voor gezinnen, met verbeterde steunmaatregelen en vroegdetectie van armoede, de inzet van jeugdopbouwwerk, buurtwerk, rechtenverkenners en onderwijsopbouwwerk, de opening van De Palaver als breed ontmoetingscentrum in de wijk Hemelrijk… met al deze initiatieven is een sterke fundering gegoten voor de aanpak op lange termijn. Ook op korte termijn toonde de gemeente zich sterk tijdens de coronacrisis: het hulpplatform ‘Denderleeuw Helpt’ werd opgestart, senioren werden opgebeld, spel- en voedselpakketten aan huis gebracht, laptops aangekocht en ingezet om afstandsleren te faciliteren…

“Niettemin moeten we blijven investeren in armoedebestrijding”, zegt schepen Sofie Renders strijdvaardig. “Zowel structureel als individueel. En neen, de individuele aanpak leidt niet tot meer gemakzucht. Het beeld van de luie, onwillige arme, die verantwoordelijk is voor de eigen situatie, klopt helemaal niet. Ook weten we al lang dat slechts een klein percentage fraudeert (5%), terwijl een veel hoger percentage mensen (60%) rechten mist… Bovendien wordt individuele steun steeds gekoppeld aan een reeks voorwaarden. Niks voor niks. In het Geïndividualiseerd Project voor Maatschappelijke Integratie (GPMI), een contract dat een OCMW afsluit met de persoon die een leefloon aanvraagt, wordt leefloon verbonden aan voorwaarden zoals een opleiding volgen, de taal leren…”

Centraal in de aanpak van het gemeentebestuur is nabijheid. Sofie Renders: “Inwoners in een kwetsbare situatie worden in hun omgeving benaderd en ondersteund. Van onderuit worden oplossingen voor meer sociale gelijkheid uitgewerkt, samen met talrijke partners. Denk maar aan onze jeugdopbouwwerkers, buurtwerkers, rechtenverkenners, onderwijsopbouwwerkers en sterke lokale vzw’s. En dat vertaalt zich in concrete maatregelen om het draagbaar te maken voor gezinnen die het moeilijk hebben. Zo organiseren we samen met onze partners zitdagen van onder meer Dewaco, de wijkagent Hemelrijk en het kinderbijslagfonds in De Palaver, is er ook ruilwinkel De Wissel waar mensen kledij en speelgoed kunnen ruilen, kunnen mensen met een beperkt budget goedkope vakanties plannen in ons Rap Op Stap-kantoor, en is er de ondersteuning van de voedselbedeling in zaal den Breughel.”

Deel dit bericht via:
Dit bericht is geplaatst in Nieuws. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Current ye@r *