Scholieren uit verschillende Aalsterse scholen krijgen er in een speciale werfklas ook de kans om bij te leren over archeologie. De Vlaamse Overheid heeft € 36.000 vrijgemaakt om dit project mogelijk te maken. “Elke Vlaamse gemeente heeft nog zoveel lokale verhalen te vertellen. Met dit project willen we leerlingen meenemen in het wondere verhaal van Aalst”, zegt Weyts. “Ze kunnen hier midden in de archeologische opgravingen ontdekken hoe de Aalstenaars van vroeger leefden en ook stierven”.
Archeologen voeren momenteel grootschalige opgravingen uit op de Tragelsite in Aalst waar in de toekomst onder meer de Nieuwe Tragelweg zal komen. Op een plek waar tot voor kort winkelpanden stonden, lag in de 18de eeuw het Jennemiekeskerkhof. Dat kerkhof ontstond toen begraven rond kerken en kloosters in het stadscentrum verboden werd en er dus nood was aan een kerkhof buiten het toenmalige centrum. De naam “Zjennemiekeskerkhof” verwijst naar Maria-Johanna Meert – bijgenaamd ‘Zjennemieke’ – die er als eerste werd begraven. Uiteindelijk vonden tot wel 40.000 Aalstenaars hier hun laatste rustplaats. In 1867 werd het kerkhof gesloten, waarna het terrein werd verpacht en in de 19de eeuw kwamen er ook op deze plek industriële activiteiten. De overblijfselen van het kerkhof kunnen ons echter nog heel veel leren over het Aalst van de 18de eeuw.
Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Ben Weyts heeft nu samen met Erfgoedschepen Sarah Smeyers, SOLVA-voorzitter Martine De Maght en een groep enthousiaste leerlingen van het 3de middelbaar van het SMI een handje toegestoken bij de opgravingen op het Jennemiekeskerkhof. Die opgravingen vormen immers een unieke kans om scholieren in contact te brengen met archeologie en de lokale geschiedenis. Daarom werd op de site een speciale werfklas ingericht, waar scholieren uit de 2de graad van Aalsterse scholen tijdens een 2 uur durende workshop skeletten ontdekken en uitleg krijgen over het archeologische proces. Minister Weyts maakte hiervoor via het Agentschap Onroerend Erfgoed € 36.000 vrij. Op de archeologische site zien de leerlingen archeologen aan het werk, die ruim 2.000 skeletten blootleggen. Er werden al heel wat vondsten gedaan: van houten kisten met koperen beslag tot goed bewaarde skeletten. De werken duren nog tot het voorjaar van 2026.
“Meer dan 20 klassen en bijna 500 leerlingen zullen hier het verhaal van Aalst en Vlaanderen ontdekken”, zegt minister Ben Weyts. “Je kan veel uit boeken leren, maar sommige dingen moet je gezien en beleefd hebben. En ook wie de schoolbanken ontgroeid is, kan elke weekdag de opgravingen van dichtbij volgen en hier meer te weten komen over de geschiedenis van deze bijzondere plek.”
“Laag per laag leggen we de geschiedenis van onze stad wat verder bloot – letterlijk zelfs”, zegt Aalsters schepen van Erfgoed Sarah Smeyers. “Onder de toekomstige Tragelweg ligt een periode geschiedenis die bijzonder bepalend is geweest voor de stad en de regio. De Aalstenaars, meestal arbeiders, vonden onder onze voeten hun laatste rustplaats. Dankzij het werk van SOLVA en universitaire onderzoeken zullen we binnenkort ook weer wat beter weten hoe onze voorgangers precies leefden.”
“We zijn ervan overtuigd dat de resultaten van opgravingen niet louter aan archeologen toebehoren. Kennis die niet gedeeld wordt, blijft begraven”, zegt SOLVA-voorzitter Martine De Maght. “Daarom zet SOLVA al vele jaren in op publiekswerking en participatie. Door mensen rechtstreeks in contact te brengen met archeologie, verhoogt de betrokkenheid. Dankzij de steun van de Vlaamse overheid kunnen we dit nu ook aanbieden aan de Aalsterse scholen.”




