Jaarlijks publiceert Kind & Gezin cijfers over kansarmoede. Het aantal geboortes bij kansarme gezinnen waarbij de moeder de Belgische nationaliteit niet heeft, stijgt. Terwijl dat aantal nagenoeg stabiel blijft bij gelijkaardige gezinssituaties waarbij beide ouders wel Belg zijn. Toch doet centrumstad Aalst het met 12,3% opvallend goed in vergelijking met het provinciaal (13,5%) en het Vlaamse gemiddelde (14,1%). “Deze cijfers bevestigen de maatschappelijke realiteit: de samenleving verkleurt maar de kansarmoede verkleurt sterker”, reageert schepen van Sociale Zaken Sarah Smeyers (N-VA). “Migratie heeft klaarblijkelijk een grote impact op het kansarmoedecijfer.”
Het aantal geboortes in gezinnen waarbij de moeder ‘niet-Belg’ is, bedraagt in Aalst 21,8%. Bij Belgische moeders ligt dat met 6,4% beduidend lager. “De factor van migratie op de kansarmoedecijfers moet dus zeker ook benoemd worden”, zegt de schepen. “De meest duurzame uitweg uit de armoede, is een job. De kans op een job verhoogt door integratie en de kennis van het Nederlands. Op alle niveaus moet dus een nòg scherper taalbeleid gevoerd worden. Dat komt zowel de ouders als de kinderen ten goede. Ook dat is gelijke kansen geven”, aldus de schepen. Volgens Smeyers is het van cruciaal belang dat nieuwkomers deze kansen daadwerkelijk grijpen.
De globale cijfers over armoede brengen ook goed nieuws: Aalst scoort beter dan het provinciale én Vlaamse gemiddelde. “Dat is niet vanzelfsprekend voor een centrumstad, waar sowieso meer armoede is dan in minder dichtbevolkte gemeenten”, besluit Smeyers. “Onze inspanningen om (kinder)armoede structureel te bestrijden, renderen. We moeten samen met de vele organisaties verder werken aan het Aalsters armoedebeleid.”
