Deel dit bericht op uw sociale media

Brandweerzone Zuid-Oost blijft kampen met zware onderbezetting

Vooruit-parlementslid Anja Vanrobaeys: “Zonder voldoende hulpverleners en concreet kazerneplan blijft het façadepolitiek.”

Aalst, 12 DECEMBER 2025 – De Brandweerzone Zuid-Oost kampt al jaren met een ernstig en structureel personeelstekort. Dat blijkt uit cijfers die federaal parlementslid Anja Vanrobaeys (Vooruit) opvroeg bij minister van Binnenlandse Zaken Quintin. Het totale personeelsbestand zakte van 572 medewerkers in 2021 naar 465 in 2025 – een verlies van meer dan honderd hulpverleners in vier jaar tijd.

Vooral bij de vrijwillige brandweerlieden is de daling dramatisch: van 381 naar 252. De verschuiving van Laarne en Wetteren naar Zone Centrum, Wichelen naar Zone Oost en Lierde naar de Vlaamse Ardennen speelt daarbij een rol, maar volgens Vanrobaeys is dat vooral een symptoom van een bredere malaise binnen de zone. De daling bij de brandweer wordt slechts deels gecompenseerd door een toename van het aantal ambulanciers: 33 extra personeelsleden, waarvan 28 vrijwilligers. Die stijging is vooral het gevolg van een noodmaatregel uit 2021. Toen werd beslist dat brandweerpersoneel niet langer ambulanceritten mocht uitvoeren vanuit andere posten, om te vermijden dat kazernes onbemand achterbleven. De maatregel volgde nadat in de zomer van 2021 in Geraardsbergen een pompwagen niet kon uitrukken door een tekort aan manschappen.

“De hulpverleningszones bestaan intussen tien jaar, maar dit blijft aanslepen,” benadrukt Vanrobaeys. “Een doordacht kazerneplan is noodzakelijk en wordt ook gevraagd door de inspectie, maar zonder voldoende mensen is dat louter façadepolitiek. Over de structurele onderbezetting die de dagelijkse werking onder druk zet, wordt met geen woord gerept. De aangekondigde instroom van 42 extra vrijwilligers volstaat absoluut niet om de voorbije jaren van personeelsverlies te compenseren.”

Vanuit het personeel hoort Vanrobaeys dat de werking vandaag vooral overeind blijft door de inzet, flexibiliteit en goodwill van de hulpverleners zelf. “Dat engagement is bewonderenswaardig, maar niet eindeloos,” waarschuwt ze. “Als de structurele problemen niet worden aangepakt, dreigt de rek eruit te gaan. Als wij niet voor hen zorgen, wie zorgt dan voor onze veiligheid?”

Ook op lokaal niveau blijven grote vragen onbeantwoord. Vooruit-gemeenteraadslid Sam Van de Putte vult aan: “De aankondiging dat Aalst tegen 2031 een volledig nieuwe brandweerkazerne krijgt, blijkt bij nader inzien voorbarig. Uit mijn vragen aan de burgemeester en brandweercommandant blijkt dat er geen locatie is vastgelegd, geen budgettaire zekerheid en geen duidelijke fasering van het kazerneplan. Dat bevestigt wat de minister zelf alleen maar zijdelings kon aangeven: het plan is nog allesbehalve concreet. Na jaren van aankondigingen en beloftes is het tijd dat de brandweer van Aalst eindelijk krijgt waar ze recht op heeft: een moderne uitvalsbasis die aan alle eisen voldoet. We blijven dit dossier nauwlettend opvolgen.”

Onze hulpverleners zijn het kloppend hart van de brandweerzone,” besluiten Vanrobaeys en Van de Putte. “Morgen vieren ze hun korpsdagen en zullen ze opnieuw lovende woorden te horen krijgen. Maar het is hoog tijd dat daar ook échte, structurele waardering tegenover staat: voldoende personeel, duidelijke toekomstplannen en de stevige ondersteuning die ze verdienen.”

Cornelis Partners